Vraag:
Ik zou graag een verduidelijking van u willen over de manier waarop de tayamoem verricht dient te worden.?
Antwoord:
De juiste tayamoem is zoals Allah (de Verhevene) zegt in Soerah al-Maa`idah:
En als jullie in een staat van djanaba (onreine staat na seksuele gemeenschap) zijn, reinig jullie zelf (door het gehele lichaam te wassen), en als jullie ziek zijn of op reis zijn, of iemand van jullie van de afzondering (ontlasting of urineren) komt, of jullie zijn in contact geweest met jullie vrouwen (geslachtsgemeenschap) en jullie vinden geen water, verricht dan tayammoem met schone aarde en wrijf ermee over jullie gezichten en handen. [al-Maa`idah (5): 6]
Hij slaat één maal op zand voor het gezicht en de handen.
En de manier is als volgt: hij slaat één maal op zand, vervolgens veegt hij daarmee zijn gezicht en handen af zoals dit staat in sahieh al-Boechari en sahieh Moslim. De profeet (vrede zij met hem) zei tegen `Amaar bin Jaasir (moge Allah tevreden met hem zijn):
“Het is voldoende voor jou om met je handen één maal op deze manier te slaan, vervolgens sloeg hij met zijn handen de aarde en veegde zijn gezicht en handen.”[2]
En het is een voorwaarde dat het zand rein is. En het is niet vastgesteld om over de armen te vegen, echter is het voldoende om over het gezicht en de handen te vegen volgens de eerder genoemde overlevering. En de tayamoem neemt de plaats in van water in het opheffen van onreinheden volgens de juiste opinie. Dus als hij de tayamoem verricht bidt hij het vrijwillige gebed en het verplichte gebed wat op dat moment aan is gebroken en de toekomstige gebeden zolang hij in een staat van reinheid is, totdat hij zijn reinheid verbreekt of water vindt als hij deze niet kon vinden, of totdat hij in staat is om water te gebruiken als hij in de eerste instantie niet in staat was om het te gebruiken.
Dus de tayamoem is reinigend en neemt de plaats in van water zoals de profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd.
Madjmoe’ah fataawa wa maqaalaat moetenawi’ah (10/ 189-190).
[1] Voetnoot vertaler: Rituele wassing (voor het gebed) met zand. (zie moelagas al-fiqhie, Shaykh Saleh Ibn Fawzan al-Fawzan)
[2] Overgeleverd door al-Boechari nr. 331 en Moslim nr. 818.